Over rustiger gesproken, het is momenteel wel heul rustig op het blog. Hoog tijd om daar eens wat verandering in aan te brengen!
Afgelopen maandag moesten we naar Utrecht voor de zeven-na-laatste kuur. Klinkt goed hè, zeven-na-laatste. Hoezo aan het aftellen?
Goed, een kuur dus. De middelzware. Dokter Martine was er niet. Die zit nog fijn van haar welverdiende rust te genieten in La France. Maar Leonie, de verpleegkundig specialist, was wel weer terug van vakantie. En dat was leuk. En gezellig! Die zat echt nog in haar vakantiestemming.
Na het welbekende aan-prik-gedoe duurde het even voor we aan de beurt waren bij haar, maar ineens stond ze achter ons. ‘Heee Xander!’ Dat was lang geleden! En ondanks dat Xander nog chagrijnig was, liep hij wel gelijk met Leonie mee. En ja, zij maakte zijn humeur al wat beter door gelijk te vertellen wat een leuke autobingo ze met háár zoontjes had gedaan, op weg naar Italië. En dat ze toen gelijk ook aan Xander had gedacht. Want ja, allemaal autologo’s. En dat ze dat nu ook voor hém ging uitprinten. En dat hij nu ook meteen van haar alle sleutels en pasjes kreeg, want dan kon hij zelf de blaadjes ophalen bij de printer.
Goed, die sfeer dus. Ze werd ondertussen gebeld. Of ze zich bij een andere afspraak wilde melden. ‘Ik kom eraan!’. Dus ik tegen Xander: ‘Jongen, nu even snel op de bank voor de gebruikelijke controles, Leonie heeft nog een afspraak’. Ze wuifde mijn woorden weg. ‘Doe maar rustig aan hoor, ik heb nog wel even tijd’. En vervolgens kwam haar privé telefoon tevoorschijn. Waarvan het scherm zo ongeveer volledig naar de gallemiezen was. ‘Ik moest en zou ‘m op vakantie in mijn mooie kleine tasje doen. Maar ja, toen kwam hij er zó uit. Maar ik ga proberen hem weer op te lappen hoor!’ Vervolgens pakte ze de Donald Duck app erbij. ‘Mijn zoontjes vinden die ook zo leuk. Jij ook? Kom, mag je op mijn telefoon Donald Duck lezen. Of wil je liever van Boeven kijken?’ Daar zat Xander. In alle gemoedelijkheid op de bank, met haar sleutels om zijn nek, en haar privé telefoon in de hand.
En na de controles dacht ik: nu zal ze wel snel weg moeten. Ze werd namelijk alweer gebeld. ‘Waar zitten jullie ook alweer, in welke spreekkamer?’, vroeg ze aan de telefoon. ‘Ok, ik kom er nu aan!’. En vervolgens ging ze Xander voorlezen uit Donald Duck. ‘Moet jij niet weg?’ vroeg ik. ‘Ach, ik zit nog in mijn vakantiemodus. Ik heb zelfs nog geen enkele mail gezien. Dit is toch veel leuker?’ En ze las verder van de boeven.
Martine is leuk, maar Leonie is ook zo leuk. Ondertussen drukte ze 25 keer op F5 van haar toetsenbord, om te kijken of de uitslagen van de leverwaarden ook binnen waren. Héhé, eindelijk. Alles was goed. Heel goed zelfs. Eigenlijk uitzonderlijk bizar goed. Die klap van de Doxo gaat niet meer komen. De volgende kuur kon dus plaatsvinden. En na volgend toedien- en gehepariniseer- en afkoppelgedoe, konden we de tranen drogen en op naar huis!
Het was redelijk rustig op de weg, ook op de terugweg. En of het daardoor kwam, of omdat Xander naast me ook snel in slaap viel, maar ik kreeg me toch last van slaap! Ik overwoog nog even om te stoppen en te kijken of ik mezelf een beetje kon oplappen, maar ach, het ging ook wel, en gelukkig kwamen we veilig thuis. Maar op één of andere manier hadden Xander en ik allebei de knollen gruwelijk op. Tijd dus voor een ontspannen avond. Hoopten we.
Ronald had die avond een vergadering. Oef, dat was ik even vergeten. Dat betekende dat ik zelf het hele avondritueel moest doen bij hem. En of dat al niet voldoende was na een vermoeiende dag, gebeurde er ook datgene wat we al die tijd nog niet hebben gehad: Xander moest ineens overgeven, en dat ging met zoveel geweld, dat hij ook de maagsonde eruit spuugde. Daar zat hij dan. Op de bank. Het slangetje ging zijn neus in, en zijn mond weer uit. Alles zat eronder. En met dat ik naast hem ging zitten, kwam de volgende tsunamigolf. Over mijn kleren, over de salontafel, de vloer. Oh, waar te beginnen? Goed, eerst die slang zo snel mogelijk weg, want daardoor bleef hij kokhalsen. Ik trok voorzichtig aan het uiteinde uit zijn mond. Stom! Verkeerde kant natuurlijk. Want bij zijn neus zit hij vast. Ok. Pleister van de neus, en hem er dáár uittrekken. Ja, dat ging. De ergste rommel opvegen en dweilen. Een overstuur kind kalmeren.
En ja: er moest dus een nieuwe sonde in. Zonder sedatie. Datgene waar ik al een half jaar tegenop zag. De kinderthuiszorg bellen heeft ’s avonds voor zoiets geen zin, want de sonde is geen accute zorg. Je kunt prima zonder een nachtje voeding, toch?
Ik besloot, na zelf een slapeloze nacht met kopzorgen over ‘hoe-gaan-we-ooit-bij-hem-die-sonde-erin-brengen’ gehad te hebben, om 7 uur ’s ochtends de thuiszorg te bellen. Wat een geluk. Of beter gezegd: wat een gebedsverhoring! De dienstdoende medewerkster bleek een paar straten verderop in Etten te wonen, en kon er met een halfuur zijn. Een super lieve meid. En ok, het inbrengen was niet leuk voor hem, maar het ging verrassend goed en snel. Wel zelfde gedoe als met aanprikken, maar niet dat hij zijn keel dichtkneep, hij liet het uiteindelijk toe. En ze schoof ‘m zo 43,5 cm naar binnen, z’n neus in. Wat een end hé! Nee, niet opgekruld in dat ene neusgat, maar in één keer zo hop de maag in. PH-waarde checken, en klaar was het alweer.
En ik was zo opgelucht. Dat was het dus? Oooh, maar dan gaat het een volgende keer ook vast goed komen. Ook weer gehad.
Maar ik was ook gesloopt. Van alle stress en zorgen maken en de vermoeiende dag ervoor. Ik heb de rest, buiten de noodzakelijke zorg voor Xander, niks gedaan. Er kwam werkelijk geen zinnig iets uit mijn handen. We besloten de pizzaboer voor ons te laten koken, en ik lag er serieus om 20.45 uur in. Ik kón niet meer.
En nu is het alweer woensdag. We hebben redelijk goed geslapen, zijn iets fitter, maar er zit bij mij nog steeds een hoop moeheid in die er nog uit moet. Xander doet het goed. De sondevoeding blijft erin, hij speelt lekker, en we gedijen allebei een stuk beter met de wat lagere temperaturen. Er ligt nog een hoop werk, was en dingen to do, maar ach, dat hoeft ook niet allemaal vandaag af. Zou wel fijn zijn, maar ondanks mijn geloof in kaboutertjes heb ik er nog nooit één gespot die het voor mij over wil nemen. Dus zelf maar aan de slag. In een tempo waarin ik het volhou.
Maar nu ga ik eerst weer even kwijlen boven mijn pan zelfgemaakte stoofpeertjes, die niet meer zo lang hoeven te stoven. Oeeeeh lekker!!!
We gaan met jouw zelfgemaakte appelmoes en stoofpeertjes genieten! En alle lezers en lezeressen blijven bidden voor dit gezin!
BeantwoordenVerwijderentop
Verwijderen